De komende jaren worden steeds meer archieven uit en over de Tweede Wereldoorlog openbaar. Erfgoedinstellingen willen deze veelgevraagde archieven ook online beschikbaar stellen, vanwege het grote belang van optimale toegankelijkheid van deze bronnen. Daarbij komen vragen op over de juridische mogelijkheden: Is het risico niet te groot, dat er gevoelige informatie in zit van personen die nog in leven zijn? En dat er nog auteursrecht op rust? Hoe kun je deze risico’s afwegen tegen het evidente maatschappelijke belang van online openbare oorlogsarchieven? En hoe kun je de risico’s verminderen, hoe doen andere instellingen dat?
Het consortium Oorlog voor de Rechter (bestaande uit het Nationaal Archief, het Huygens Instituut, het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies en de stichting WO2NET) stelde deze vragen ook bij de openbaarmaking en online plaatsing vanaf 2025 van het grootste en meest geraadpleegde oorlogsarchief van Nederland: het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR). Uit die ervaring is de handreiking ‘De oorlog online’ ontstaan.
In deze publicatie worden bovenstaande vragen - en meer - beantwoord. Het consortium wil hiermee de opgedane ervaringen graag delen met andere instellingen. In de hoop dat De oorlog online voor alle Nederlandse instellingen die oorlogsarchieven en -collecties beheren een bron van inspiratie, een steun en hulpmiddel zal zijn bij het maken van beleid over online plaatsen van beladen (oorlogs)archieven.
Het consortium heeft bij haar afwegingen gebruik gemaakt van de in 2022 verschenen Richtlijnen openbaarheid van archieven uit en over de Tweede Wereldoorlog (bekijk), uit de serie van de KVAN en KIA. Daaraan zijn nu de nieuwste inzichten en kennis, opgedaan in het project Oorlog voor de Rechter toegevoegd, en zijn tevens de meest recente binnen– en buitenlandse voorbeelden verzameld.